zondag 14 oktober 2018

779. Juridische haalbaarheid van voorgestelde oplossingen voor de weigeraarsproblematiek omtrent tbs-oplegging

De Erasmus Universiteit Rotterdam heeft onderzoek gedaan naar juridische haalbaarheid van 12 oplossingen die zijn voorgesteld voor de problematiek van de verdachten die weigeren mee te werken aan gedragskundig onderzoek naar een stoornis om zo (te proberen) te voorkomen dat tbs (met dwangverpleging) wordt opgelegd (2018, 100 p.). De onderzoekers zijn niet de minsten binnen het tbs-veld (Mevis, Struijk, Van der Wolf, Bleichrodt, Van Marle).

De volgende voorstellen zijn beoordeeld:
1. Het voorstel van de Autoriteit Persoonsgegevens, gedaan in het kader van de doorbreking van het medisch beroepsgeheim in de Wet forensische zorg, om de rechter de weigering mee te laten wegen in het vonnis, en op grond daarvan een andere rechter in een nieuwe procedure alsnog tbs te laten opleggen. Als sub-variant is gekeken naar een toevoeging aan dit voorstel van SP en PvdD om de (eerder weigerachtige) veroordeelde zelf tijdens detentie te kunnen laten verzoeken om een tbs-maatregel.
2. Het voorstel van de Kamerleden Van Oosten/Kuiken om de rechter de mogelijkheid te geven om ‘aansluitend aan detentie’ na maximaal 2 jaar observatie tijdens detentie alsnog tbs op te leggen. Dat zou dan een nieuwe rechterlijke beslissing zijn door een tweede rechter.
3. Twee fasen-proces: eerst wordt de schuld aan het strafbare feit door de rechter vastgesteld, aansluitend wordt de veroordeelde psychiatrisch onderzocht en/of voor observatie in het Pieter Baan centrum gestuurd. De redenering is dat de veroordeelde meer geneigd zal zijn om mee te werken aan de observatie.
4. De oplegging van een tbs-maatregel koppelen aan het recidiverisico (en dus het gevaar) en niet aan de stoornis.
5. Het weigeren mee te werken aan het psychiatrisch onderzoek en/of observatie leidt automatisch tot het opleggen van de tbs-maatregel.
6. Het weigeren mee te werken aan het psychiatrisch onderzoek en/of observatie leidt bij de strafoplegging tot de maximale gevangenisstraf.
7. Kan het meewerken aan het Pieter Baan Centrum onderzoek verplicht worden gesteld?
8. Vereis niet langer ‘doorwerking van de stoornis ten tijde van het delict’.
9. Laat de rechter zich baseren op “vermoeden van” een stoornis bij het opleggen van een tbs-maatregel.
10. Voeg een psychiater toe aan het rechtscollege in zaken waarin de oplegging van de tbs-maatregelen mogelijk aan de orde is.
11. Pas artikel 37a aan in die zin dat een rechter ook zonder medewerking van de betrokkene gebruik kan maken van ‘een ander advies of rapport’, dat dan ook niet alleen gebaseerd hoeft te zijn op de actuele situatie of het huidige gedrag van de betrokkenen, zoals de letter van de wet lijkt te suggereren.
12. Voorlopige tbs-maatregel; wanneer een verdachte blijft weigeren, legt de rechter indien het tot ene veroordeling komt, naast straf een voorlopige tbs op voor een onbepaalde tijd totdat de veroordeelde wel mee werkt. Na ontvangst van de bevindingen beslist de rechter over het opleggen van een tbs-maatregel en heft de rechter de voorlopige tbs-maatregel op.

Op 8 oktober 2018 heeft de Minister voor Rechtsbescherming dit rapport en het onder het vorige nummer beschreven WODC-onderzoek aangeboden aan de Tweede Kamer, met in de brief de daaruit voortvloeiende maatregelen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten