maandag 21 oktober 2013

523. The War Lovers

Bij een bezoek aan het het bizarre Hearst Castle heb ik deze zomer in een impuls dit boek van Evan Thomas gekocht (2010, 490 blz.). Het behandelt de "rush to empire" van de VS aan het einde van de negentiende eeuw door in te gaan op met name de levens van Theodore Roosevelt, Henry Cabot Lodge en William Randolph Hearst. Die persoonlijke insteek maakt het aardig om dit stukje geschiedenis te lezen.

Ik was mij er niet van bewust dat:
- de VS in 1898 Cuba zijn binnengevallen;
- het Angelsaksische superioriteitsgevoel zo pregnant aanwezig was in het dagelijkse en het politieke leven;
- de media zo competitief en sturend waren (Pullitzer - Hearst);
- in Amerika mannelijkheid (toen ook al) zo dominant was;
- de verschrikkingen van oorlog werden gezien als noodzakelijk;
- Daiquiri niet alleen een drankje maar ook een stad in Cuba is;
- Teddy Roosevelt daadwerkelijk in die oorlog gevochten heeft, met reëel gevaar voor zijn eigen leven.

Knap boek dus, al denk ik dat het nog interessanter is als het je vaderlandse geschiedenis betreft.

zondag 6 oktober 2013

522. Vrije wil en verantwoordelijkheid

De idee van de vrije wilsbeschikking is altijd lastig geweest voor het strafrecht. Het (steeds belangrijkere?) vergeldingsdoel van het strafrecht kan niet zonder de vrije wil. Hoe kan je iemand immers verantwoordelijk houden voor zijn daden als hij niet vrijelijk zijn wil kan bepalen? Deze discussie is nieuw leven ingeblazen met de hele "wij zijn ons brein"-neurohype. Over dat thema gaat deze tamelijk theoretische Justitiële Verkenningen 1|13, 162 pagina's. Meest zinnige houding voor het strafrecht lijkt me die door Ybo Buruma wordt beschreven in zijn artikel 'De rechter en de vrije wil' (2006). Hij stelt dat de gedachte dat mensen geen vrije wil zouden hebben voor strafrechters geen groot probleem hoeft te zijn. Strafrechters postuleren die vrije wil, en mogen dat doen omdat de vrije wil als sociale constructie zonder meer bestaat.